Goudse kaas in Colombia interessante groeimarkt
by Holland House | May 19, 2022 | News
INTERVIEW TOBIAS RIJNSDORP
'Goudse kaas in Colombia interessante groeimarkt'
In Food People spreken we deze week met Tobias Rijnsdorp, een Nederlandse kaasmaker in Colombia. Vijf jaar geleden begon hij nabij Bogota kaasmakerij HolaAndes (een samentrekking tussen Holanda en de Andes). Hij levert aan speciaalzaken en restaurants door heel het land. Inmiddels is er een tweede kaasmakerij in Medellin en ook twee kaasfonduerestaurants in de hoofdstad.
Het idee werd geboren tijdens een stage, voor zijn studie aan de universiteit van Wageningen, bij een tropisch landbouwinstituut in Cali. Daar deed hij onderzoek naar hoe je kleine suikerriet- en koffieboeren kunt helpen een business te creëren en zonder tussenhandelaren producten af te zetten. "Toen ik in Cali woonde, nam ik Goudse kaas mee. Mijn Colombiaanse vrienden vonden het ook lekker en ik vroeg mij af waarom er geen lekkere Goudse kaas was in Colombia." Nadat hij was afgestudeerd en twee jaar in Nederland had gewerkt, begon het idee in zijn hoofd te rijpen. "Ik miste ook het avontuur in Colombia." Toen hij voor een bruiloft naar Colombia ging, viel alles op zijn plaats.
Je ging een bedrijf beginnen in het buitenland met iets waar je geen ervaring in had. Hoe heb je dat aangepakt?
"Ik vroeg me af: hoe gaat dat eigenlijk: kaas maken? Ik ben op stage gegaan bij familie Van Vliet van biologische kaasboerderij 'de Ruyge Weyde', waar sinds 1847 de vijfde generatie Goudse boerenkaas maakt. En ook in Zoeterwoude. Zij zijn ook in Colombia langsgekomen. De volgende stap was om te bepalen in welk gebied ik dit ging opzetten en met wie ik het samen ging doen. Het is een kleine coöperatie geworden met vijftig boeren op twee uur rijden van Bogota. Ze hebben gemiddeld vijf à tien koetjes, de grootste heeft twintig koeien. De volgende stap was de financiering. Van DGGF (Dutch Good Growth Fund) heb ik subsidie gekregen om een deel van de machines en import te financieren."
Welke hobbels ben je onderweg tegengekomen?
"In het begin sprak ik alleen basis Spaans. Je loopt tegen dingen aan met onderhandelingen en cultuurverschillen. Er is echt een hiërarchie-kloof. Ik werk samen met de voorzitter van de coöperatie, en die is tachtig. Je komt als jonge jongen dealen met iemand die zoveel ouder is en die vindt dat hij altijd gelijk heeft. Uiteindelijk heeft die combinatie goed uitgepakt: van een jongen met verse ideeën en een ervaren iemand die van alles weet hoe het reilt en zeilt. Colombia is ook een land waar je flexibel moet zijn, alles gaat hier van dag tot dag. Als ze zeggen: de kaasmakerij is dan en dan af, dan is dat vaak een maand later. Het is ook fijn dat het hier minder planmatig is dan in Nederland; je hoeft je agenda niet drie maanden van tevoren te plannen. Hier heb ik meer het gevoel dat ik leef."
Je profileert je op LinkedIn als sociaal ondernemer, wat kenmerkt dat sociale ondernemerschap?
"Ik vind social business interessant: hoe kun je een bedrijf winstgevend maken en hoe zorg je dat je ondertussen ook een sociale impact hebt? In Colombia zie je een heel grote kloof tussen arm en rijk en vooral jongeren trekken van het platteland naar steden. Op het platteland zijn mensen relatief arm. Het is interessant hoe je een bijdrage kunt leveren aan een land om boeren te ontwikkelen. Het was een eis van mij dat het een partij was die al goed georganiseerd was, maar wel groeipotentie had om kansen te bieden voor het gebied. En boeren moeten onderdeel zijn van het bedrijf. Zij zijn voor 50% eigenaar. Dat is ook mijn filosofie: het hoeft niet fifty-fifty te zijn, maar het is goed als je niet de enige partij bent die met een zak geld komt. Dat zie je soms met ngo-projecten, die zijn uit idealisme ontstaan, maar ze hebben vaak geen idee hoe ze gemeenschappelijke verantwoordelijkheid moeten creëren."
Ze maken in Colombia toch ook kaas. Wat is er uniek aan jouw product?
"Hier is een andere kaascultuur. Meestal wordt witte kaas gegeten, een vrij simpele kaas. Gerijpte kazen, daar zit meer techniek achter. Eigenlijk kun je hier ook supergoed Franse en Italiaanse kaas maken. Er zijn ook Hollandse en Franse koeien en vooral in hoge gebieden is de melkkwaliteit hartstikke goed. Alleen kaascoating kan je hier nergens krijgen. We maken vooral jong belegen kaas. Ook wat extra belegen en oude kaas, maar dat is echt een niche voor Hollanders en Europeanen. We maken ook kaas met pepers uit de Amazone, zwarte peper uit Zuid-Colombia, truffel van een Fransman. We gaan dit jaar wat proeven doen, zoals met chili, dat geeft een gerookte smaak."
Wie zijn je klanten?
"In Bogota leveren we 1.000 kilo per maand. Dat gaat naar speciaalzaken, restaurants en particulieren. Dit geeft een betere marge dan de supermarkt, want de retail betaalt hier slecht. We liggen wel in wat ketens, maar dan in een paar winkels die een luxer assortiment hebben. In november vertwee- of verdrievoudigd de verkoop, want met Kerst wordt veel kaas gegeten. Het is een wat exclusiever product en we zijn de enige die Goudse kaas maken. Het is een interessante groeimarkt. Tien jaar geleden zag je in Colombia heel weinig bakkertjes en speciaalzaken. Het blijft natuurlijk wel een niche, want de armoede is in veel gebieden heel groot en je hebt hier een relatief kleine middenklasse. Kaas is een luxeproduct en niet per se goedkoop, hier zelfs iets duurder dan in Nederland."
"De melkprijs is hier best hoog. In Nederland is het veel grootschaliger. Hier hebben veehouders gemiddeld tien, vijftien koeien. Mijn grootste klant is trouwens mijn restaurant in Bogota, met 120 kilo per week. Sinds kort zijn er twee zaakjes, Zwitserse raclette gecombineerd met goudse kaas. Dat is nieuw hier en slaat aan. Ik doe dat samen met een Nederlandse amigo en Colombiaanse vrienden. Dat is leuk, dan ben je zelf ook de laatste schakel in de keten."
Wat doe je in Colombia als je niet aan het werk bent?
"Ik heb een rijk sociaal leven. Volgende week ga ik vijf dagen op pad in een leuke finca. Ik vind hiken altijd leuk, zwemmen in de rivier; ik hou van de natuur. Uitgaan vind ik ook leuk en dat is hier in Bogota bepaald niet saai. Die afwisseling vind ik fijn: een stad met tien miljoen mensen én een dorp met 120 boeren. Het is heerlijk om af en toe daar te zijn."